De paartijd van het Edelhert.
In deze fotoblog wil ik u meenemen naar een tweetal plaatsen waar de bronst van het Edelhert plaatsvind.
Door middel van foto's, en wat tekst en uitleg, hoop ik u in de sfeer van dit bijzondere natuurgebeuren te laten meegenieten.
In het koninklijk woud wordt de liefde verwacht.
Het edelhert is voor mij een van de mooiste zoogdieren die we in Nederland, en in het bijzonder op de Veluwe, kunnen tegenkomen.
Een ontmoeting met een groep (roedel) edelherten is altijd weer opnieuw een bijzondere belevenis.
Edelherten zijn schuwe dieren en hebben een scherp waarnemingsvermogen. Vooral het reukorgaan is goed ontwikkeld. Dat komt vooral het mannelijk hert, (hert of geweidrager genoemd) goed van pas als de paartijd. (bronsttijd) nadert.
Bruiloft in het koningklijk woud.
Vanaf ongeveer half september tot half oktober vieren de edelherten hun bruiloft. Voordat het echter zover is moet er eerst nog heel wat veranderen aan het uiterlijk van de bruidegom.
Als de zomer ten einde loopt gaan de edelherten zich anders gedragen. Door het opspelen van de hormonen verandert er het een en ander aan hun uiterlijk en gedrag. In het bijzonder de mannelijke herten, 'geweidragers' gaan een ander gedrag vertonen. Hun gewei, dat in het voorjaar is gaan groeien en de hele zomer met een fluweelachtige huid, de 'basthuid', was bedekt, ondergaat een duidelijk zichtbare verandering.
Zo tegen eind juli stopt de groei van het gewei. De huid op het gewei wordt lichter van kleur en begint te verdrogen.
Het gewei begint te verkleuren en in te drogen.
Dat veroorzaakt jeuk, waardoor de herten regelmatig met het gewei langs bomen en takken gaan schuren (vegen). Door dat schuren laat de verdroogde huid los en valt af.
Dat er bijna nooit iets van teruggevonden wordt komt doordat het door het hert wordt opgegeten!
Het eerst begint de basthuid los te laten aan de punten van het gewei .
De bast begint los te laten, het vegen is begonnen.
Het vegen van het gewei kan een dag duren, maar het kan ook al in enkele uren geveegd zijn.
Hetzelfde hert 23 uur later.
Tijdens het vegen ziet het gewei er rafelig en wat bloederig uit, je zou denken dat het hert pijn zou moeten voelen, maar dat is niet het geval.
Als de bast loslaat ziet het gewei er wat bloederig uit.
Als de bast er af is kan het gewei verder afharden. Eerst ziet het er wat bleek uit, maar doordat het hert door blijft schuren ziet het er na verloop van tijd mooi gepolijst uit en krijgt het een meer natuurlijker kleur.
Tien dagen na het vegen heeft dit hert al een prachtig donker gepolijst gewei.
Welke kleur het gewei uiteindelijk gaat krijgen hangt af van de sappen van de bomen en takken die het hert gebruikt om te vegen. Gebruikt het hert daartoe naaldhout dan zal het gewei een mooie donkerbruine, of zelfs bijna zwarte kleur krijgen. Deze mooie kleur wordt veroorzaakt door het hars van naaldhout. Loofhout zal het gewei een veel lichtere, vale, kleur geven.
De bronstmanen zijn al zichtbaar.
Ongeveer gelijk met de veegperiode worden aan de hals van de geweidragers lange haren zichtbaar, die de 'bronstmanen' zullen gaan vormen.Samen met een aanmerkelijk dikkere nek zullen ze het hert een imposante uitdrukking gaan geven, die in de bronsttijd gebruikt gaat worden om rivalen te imponeren.
Na de veegperiode worden de geweidragers onrustig. Verbleven ze voorheen in groepen 'roedels' bij elkaar, nu verdragen ze elkaar minder goed. De volwassen herten gaan meer en meer hun eigen weg en dulden andere geweidragers steeds minder in hun omgeving.
Als het gewei geveegd is worden de volwassen herten onrustig.
Begin september begint de tijd waarin de edelherten paren, 'bronsttijd'.
De vrouwelijke herten' hinden' bepalen waar de bronst zal plaatsvinden. Belangrijk bij het bepalen van die plaats is het voedselaanbod.
Een hinde is slechts gedurende 1 dag bronstig, 'paringsbereid'. Als ze op die dag niet bevrucht wordt dan ovuleert ze na ongeveer 18 dagen opnieuw. Dat kan zich wel 4 tot 6 maal herhalen.
In de bronsttijd worden bijna alle hinden en smaldieren, (vrouwelijke kalveren van het vorige jaar) bevrucht, de kalveren van dit jaar zijn nog niet geslachtsrijp.
Roedel hinden.
Een roedel hinden wordt ook wel een roedel 'kaalwild' genoemd, (kaal, dus zonder gewei).
Zo'n roedel kaalwild bestaat uit volwassen hinden, kalveren en smaldieren,meestal lopen er ook enkele spitser bij, (tweejarige mannelijke herten), die bij de aanvang van de bronst al snel door het plaatshert, (mannelijk hert dat tijdens de bronst het roedel kaalwild voor zich opeist), worden.verjaagd.
In de bronsttijd zoeken de geweidragers de hinden op. Ze komen soms van tientallen kilometers ver naar de bronstplaats.
Het is bijna altijd een jonge geweidrager die de bronstroedels vormt.
Jong hert.
De oudere herten houden zich eerst nog wat terug, ze laten de jongere herten het zware werk van het bijeen drijven van een bronstroedel doen, de bronsttijd duurt immers nog lang en ze willen hun krachten kennelijk sparen voor het echte bronstgebeuren. Maar zodra er in het roedel een hinde een bepaalde geur gaat vrijgeven zal het jongere hert verdreven worden, het hert is dan vaak al zo uitgeput van al het rennen en het trachten de hinden bij elkaar te houden dat een sterker hert niet veel moeite zal hoeven te doen om het roedel over te nemen.
We gaan proberen zo'n bronstroedel een poosje te volgen.
Het was in het begin van de bronsttijd. Een jong hert had een klein roedel kaalwild bij elkaar gedreven en was na enkele dagen rennen kennelijk zodanig uitgeput dat hij geen aandacht meer kon opbrengen voor een hinde, die binnenkort bronstig (paringsbereid), zou worden.
Op dat moment had een kapitaal hert gewacht! Al vanuit de verte laat hij zijn machtige bronstroep (burlen) horen,
Vanuit het bos nadert een kapitale geweidrager het roedel.
en hoe dichter hij bij het roedel komt hoe dreigender het klinkt.
Het jonge hert is te vermoeid om veel weerstand te bieden, en al na de eerste bedreiging van het veel sterkere hert vlucht hij het bos in. Zonder slag of stoot is de strijd beslist. Het oudere hert laat hem meteen duidelijk weten dat hij voortaan uit de buurt moet blijven, want nu is hij de baas over het roedel.
Dreigend klinkt zijn waarschuwing.
Zwaar en dreigend zendt hij zijn waarschuwing het jonge hert na, en gaat dan snel naar het roedel.
Naar het roedel.
Het roedel moet kennelijk even aan de nieuwe baas (plaatshert) wennen, het is onrustig, en wil wegtrekken.
De hinden willen de bronstplaats verlaten.
Even kijkt hij het roedel na, maar dan gaat hij er snel achteraan en drijft het terug naar de bronstplaats.
Het roedel wordt teruggedreven naar de bronstplaats.
Al snel keert de rust in het roedel weer, en gaan de hinden rustig hun gang, Het nieuwe plaatshert gunt zich echter geen rust. Duidelijk laat hij weten dat hij nu de heerser over het roedel is.
Heerser over het roedel.
Of dat zo zal blijven is nog maar de vraag, want er is nog een hert dat de geur van de hinde heeft opgevangen. Vanuit de dekking klinkt zijn zware uitdagende roep. Onmiddellijk draait het plaatshert de kop in de richting vanwaar het geluid komt en laat hem weten dat hij maar beter kan blijven waar hij is.
Dat is de naderende rivaal kennelijk niet van plan, want weldra verschijnt hij aan de rand van de dekking.
Een geduchte tegenstander.
Het is een hert dat wat jonger is dan het plaatshert, maar wat kracht betreft doet het zeker niet voor hem onder.
Hij blijft in de rand van de dekking staan en lijkt zijn kansen te overwegen.
Het plaatshert ziet de rivaal staan.
Het plaatshert ziet hem staan en wacht even af wat er gaat gebeuren, dan werpt hij de kop in de nek, dreunend en zwaar zendt hij hem zijn bronstroep toe.
Dreunend klinkt zijn waarschuwing.
Maar dat maakt kennelijk geen indruk op het hert, hij blijft gewoon in de dekking staan. Dat wordt het plaatshert te bar en hij gaat dreigend, met een zijwaarts gehouden kop, in de richting van zijn rivaal.
Dreigend houd hij de kop zijwaarts.
De spanning stijgt, zou het op een gevecht uitlopen?
Op weg naar zijn rivaal ramt het plaatshert in zijn drift een paar struiken, en een pol gras waarvan een gedeelte in zijn gewei blijft hangen.
Dringend klinkt zijn laatste waarschuwing.
Aan de rand van de dekking werpt hij nogmaals de machtige kop op. Doordringend en langgerekt klinkt zijn laatste waarschuwing.
Wat niet verwacht werd gebeurd. De rivaal neemt de boodschap serieus en verdwijnt in de dekking.!
Het plaatshert rent hem nog een stukje achterna en keert daarna snel naar het roedel terug .Onderweg kijkt hij nog een keer om om er zeker van te zijn dat zijn rivaal niet terug komt.
Kijkt nog een keer om of hij niet terug komt.
Maar die kiest eieren voor zijn geld en blijf op veilige afstand van het roede rondhangen.
Even later staat hij op een open plek en kijkt in de richting van het bronstroedel.
Hij wacht zijn kans af.
Hij zal moeten wachten totdat de aandacht van het plaatshert verzwakt, of dat hij te vermoeit zal geraken om weerstand te bieden. Dan zal hij zeker opnieuw proberen bezit te nemen van het roedel.
Het plaatshert fleemt.
Terug bij het roedel ruikt het plaatshert een voor hem heerlijke geur. Om het nog beter te kunnen ruiken werpt hij de kop omhoog en trekt zijn bovenlip op. Dit gedrag wordt flemen genoemd.
Plaatshert drijft hinde.
Feilloos weet hij de hinde te vinden die die heerlijke geur verspreidt. De hinde is echter nog niet tot paren bereidt en bij het naderen van het hert rent ze weg. Een wilde achtervolging volgt, ( het hert drijft de hinde).
Maar even later is ze weer terug bij het roedel, en lijkt er niets aan de hand te zijn. Dat duurt echter niet lang. Opnieuw vangt het hert de begeerde lucht op, en weer drijft hij de hinde.
Een wilde achtervolging.
Ditmaal verdwijnen ze in de dekking, waarschijnlijk heeft de paring daar plaats gehad want vanuit de dekking laat het hert zijn bronstroep horen. Even later komen ze weer terug bij het roedel, eerst het hert en wat later volgt ook de hinde.
De overige hinden in het roedel trekken zich kennelijk niets aan van al de drukt om hen heen, ze zijn rustig gaan liggen.
Het hert is zichtbaar vermoeid.
En als ook de hinde zich 'neer doet', gaat liggen, neemt ook het hert zijn kans waar om wat te rusten.
Het hert neemt zijn kans waar om ook even te rusten.
Lang zal hij dat niet doen, want in de dekking houden de 'bijherten' (herten die rond het roedel zwerven om hun kans af te wachten) het roedel goed in het oog.
In de dekking tast een bijhert de lucht af voor geurtjes.
Aldoor blijven ze alert op geurtjes die de hinden van tijd tot tijd afgeven, om indien mogelijk een graantje mee te pikken.
Het jonge hert heeft ook weer belangstelling.
Ook het jonge hert, dat door het plaatshert verdreven is, heeft nog steeds de moed in de buurt van het roedel te blijven.
Wie weet, de aanhouder wint!
We verlaten nu dit roedel en laten het van hun rust genieten.
We gaan ergens anders een kijkje nemen.
Er zijn nog meer plaatsen waar de edelherten bruiloft houden.
Dit keer heb ik het genoegen een groter bronstroedel te kunnen observeren.
Op deze bronstplaats begint de bronst van de Edelherten gewoonlijk een aantal dagen eerder dan elders.
Hier is inmiddels de 'hoogbronst', de piek van de bronsttijd aangebroken.
In deze periode zijn meerdere hinden tegelijk, of kort na elkaar, bronstig.
Als ik de bronstplaats nader trekt er juist een roedel kaalwild de bronstplaats op.
Een roedel hinden trekt de bronstplaats op.
In de dekking hoor ik meerdere herten burlen. Even later komt er een kapitaal hert uit het bos tevoorschijn.
Dat moet welhaast het plaatshert zijn.
Een kapitaal hert komt uit de dekking.
Zo te zien heeft hij zijn plaats als plaatshert zwaar moeten verdienen want in beide kronen van het zware en veel vertakte gewei is een flink stuk afgebroken.
Trots loopt hij de bronstplaats op.
Trots stapt hij naar het roedel hinden, maar voor dat hij daar is laat hij de bijherten weten dat ze maar beter kunnen blijven waar ze zijn.
Hij laat de bijherten weten wie de baas is.
Vol energie nadert hij het bronstroedel.
Vol energie.
En weer laat hij zijn bronstroep horen. Ditmaal niet alleen om zijn rivalen op afstand te houden maar ook om uitbundig blijk te geven van zijn overwinningsvreugde. Wat een geweldig (oer) geluid!
Uitbundig burlend.
Bij het roedel aangekomen schalt zijn bronstroep opnieuw over de bronstplaats.
Ook bij het roedel laat hij zich horen.
De bijherten in de dekking geven van tijd tot tijd antwoord, maar geen enkele rivaal schijnt het te durven wagen naderbij te komen.
Altijd druk bezig.
Het plaatshert gunt zich tijdens de hoogbronst weinig rust.
Om het roedel bij elkaar te houden is hij voortdurend in de weer. Een kalf dat wat was afgedwaald drijft hij onmiddellijk terug naar het roedel. Ook kalveren moeten bij het roedel blijven. Ze doen nog niet mee met de bronst, maar hij heeft kennelijk geleerd dat als een kalf afdwaalt, de hinde waar het kalf van is er ook vandoor gaat!
Ook de kalveren brengt hij terug naar het roedel.
Terwijl het plaatshert druk bezig is met het bijeen houden van het roedel, waagt kennelijk toch een van de bijherten wat dichterbij te komen. Hij staat nog wel in de dekking, maar ik hoor hem burlen.
Ineens merkt hij dat een bijhert dichterbij gekomen is.
Het plaatshert heeft het ook gehoord. Met een ruk staat hij stil en kijkt in de richting waar het geluid vandaan komt.
Burlend laat hij weten dat hij niet welkom is.
Dan werpt hij de kop omhoog en laat hij weten dat de indringer niet welkom is.
Dreigend rent hij in de richting van de vermeende rivaal.
Als dat niet helpt rent hij er dreigend naartoe. De rivaal neemt de dreiging serieus en verdwijnt in de dekking, achtervolgd door het plaatshert.
Of het tot een gevecht komt kan ik niet zien, maar ik hoor het plaatshert burlen in de dekking en even later komt hij weer tevoorschijn en gaat naar het roedel.
Terug bij het roedel.
Terwijl het plaatshert bezig is de rivaal te verdrijven dwaalt een hinde wat af om verderop voedsel te zoeken.
Hinde dwaalt wat af.
Maar het plaatshert ziet de hinde in de verte staan en gaat er meteen naartoe om haar terug te halen.
De hinde wordt opgehaald.
Hij loopt haar eerst voorbij, daarna
maakt hij haar burlend duidelijk dat ze weer terug moet naar het roedel.
Hij maakt haar duidelijk dat ze terug moet.
De hinde begrijpt wat de bedoeling is en loopt gedwee voor hem uit.
Gedwee loopt ze voor hem uit.
Als ze dicht bij het roedel gekomen zijn gaat ze daar verder met voedsel zoeken.
Dan gaat ze verder met voedsel zoeken.
Het plaatshert schijnt tevreden te zijn en gaat zich weer met de rest van het roedel bemoeien.
Hij gaat zich weer met de rest van het roedel bemoeien.
Op dat moment meld zich weer een rivaal vanuit de dekking.
Onmiddellijk geeft hij antwoord.
Hij antwoord meteen.
In de dekking burlt opnieuw het bijhert, dit keer dichterbij.
Rent hem burlend tegemoet.
Het plaatshert rent burlend naar de rand van de dekking.
Achter een paar dennen staat de rivaal hem op te wachten. Het is het zelfde hert, dat korte tijd tevoren door het plaatshert verdreven is. Dit keer is het kapitale dier niet van plan zich van het dreigend aanstormende plaatshert iets aan te trekken.
Zonder enige waarschuwing valt de rivaal het plaatshert aan.
De rivaal (links) valt zonder waarschuwen aan.
Met kracht slaan de geweien tegen elkaar.
Het plaatshert wordt door de onverwacht felle aanval een meter terug gedrongen.
Hij probeert wat terrein terug te winnen.
Het plaatshert spant al zijn krachten in om te voorkomen dat hij nog verder teruggedrongen wordt.
De rivaal duwt hem steeds verder achteruit.
Met zijn rechter achterloper gesteund tegen een stobbe probeert hij te voorkomen dat hij nog verder teruggeduwd wordt. Maar de rivaal heeft het voordeel dat hij zijn gewei onder dat van het plaatshert heeft kunnen schuiven, waardoor hij kans ziet het plaatshert van voren iets omhoog te duwen, daardoor raakt het plaatshert even uit zijn balans.
Het plaatshert wordt opzij geduwd.
Onmiddellijk maakt de rivaal daar gebruik van en stoot met kracht het plaatshert opzij. Even komen de geweien iets los van elkaar. Meteen herstelt het plaatshert zich en valt met zo'n enorme kracht aan dat zijn achterlopers van de grond loskomen. Met zijn hele gewicht stort hij zich op zijn tegenstander.
Met kracht valt hij zijn rivaal aan.
Maar het sterke hert weet niet van wijken. Met gemak vangt hij de klap op.
Plaatshert valt opnieuw aan.
Het plaatshert verzamelt al zijn krachten en valt opnieuw aan, maar hij raakt een stobbe, waar zijn gewei achter blijft haken.
Zijn gewei blijft haken achter een boomstronk.
Dat wordt hem noodlottig. De rivaal stapt even iets terug en valt dan het plaatshert van opzij aan.
Met kracht stoot hij zijn gewei in de flank van het plaatshert. Wat er precies gebeurt kan ik niet zien, maar op het moment dat de rivaal het plaatshert raakt zie ik dat het plaatshert iets van de grond los komt. In een oogwenk is hij in de dekking verdwenen.
De strijd is gestreden, het plaatshert heeft verloren en heeft mogelijk een flinke verwonding in de flank op gelopen.
Zijn rol als plaatshert is voorbij.
Waar het plaatshert stond is nog een stofwolk te zien.
Op de plaats waar het plaatshert zojuist nog stond is alleen nog een stofwolk te zien.
De winnaar van het gevecht zet meteen de achtervolging in.
De achtervolging in volle gang.
Met grote sprongen gaat hij de verliezer achterna. Even later galmt zijn zware overwinningsroep door de dekking.
Meteen daarop hoor ik een ander hert burlen. Uitdagend en langgerekt klinkt het. Onmiddellijk zendt de kersverse winnaar zijn waarschuwing naar de nieuwe rivaal, maar die trekt zich er niets van aan en komt steeds dichterbij.
Even blijft het stil, dan hoor ik geweien tegen elkaar slaan. Er wordt wéér gevochten! Helaas kan ik de beide vechtende herten niet goed zien. Het gevecht duurt enkele minuten, en daarna zie ik een hert de dekking uit komen. Het is de rivaal! Hij heeft de winnaar van het vorige gevecht verslagen! Hij gaat regelrecht naar een zoel, (plaats waar grofwild een modderbad neemt), en neemt uitvoerig een bad.
Neemt eerst een modderbad.
Ondertussen houd hij het bronstroedel scherp in de gaten,
Burlend in bad.
en laat hij zijn bronstroep horen.
De bruidegom is klaar voor de bruiloft.
Hij gunt zichzelf de tijd om er 'spic & span' uit te zien.
Bedekt met een dikke laag modderige klei stapt hij uit de zoel en burlt naar het bronstroedel.
Burlend naar zijn bruidjes.
Dan gaat het kersverse plaatshert op pad om kennis te maken met zijn toekomstige bruidjes.
Op pad om kennis te maken.
Een hinde die met haar kalf wat afgedwaald is van het roedel ziet het nieuwe plaatshert komen,
De hinde ziet het plaatshert komen.
en lokt haar kalf mee terug naar het roedel.
Ze lokt haar kalf mee.
Intussen gaat het nieuwe plaatshert alle hinden langs om te kijken of er een hinde bij is die bronstig gaat worden.
Hij controleert of er een hinde bij is die bronstig is.
Dan heft hij de kop op en laat de bijherten in de dekking weten dat hij nu de baas over het roedel is.
Een hinde zoogt haar kalf.
De hinden trekken zich niets aan van al het kabaal van het nieuwe plaatshert. Een kalf dat bezig was bij de moeder te drinken gaat daar rustig mee door.
Hij heeft geen rust.
Het plaatshert rent voordurend rond het roedel, hij gunt zichzelf geen moment rust. En steeds opnieuw schalt zijn bronstroep over de bronstplaats. Af en toe stapt hij naar de bosrand en laat eventuele rivalen weten dat ze maar beter kunnen blijven waar ze zijn!
Trots komt hij terug.
Trots keert hij daarna terug naar het roedel, met een air van laat er niet èèn van die bijherten proberen dicht bij de hinden te komen, want dan zijn ze nog niet klaar met mij!
Inmiddels heb ik dit bronstroedel ruim een uur mogen observeren. De hinden beginnen tekenen te vertonen dat ze de bronstplaats willen verlaten, en de dekking willen opzoeken om te gaan rusten.
De hinden willen de bronstplaats verlaten.
Het plaatshert is het daar kennelijk niet mee eens, want hij probeert het roedel terug te drijven.
Het plaatshert wil het roedel terugdrijven.
Aanvankelijk lukt hem dat, maar al spoedig trekt het roedel zich toch terug in de dekking.
Een kalf drinkt nog even wat bij de moeder.
Een hinde met haar kalf blijft nog even achter, maar zodra het kalf genoeg gedronken heeft verdwijnen ook zij in de dekking.
Nog even hoor ik het plaatshert burlen, om de bijherten in de dekking op afstand te houden, maar dan wordt het stil.
Voor mij is het nu ook tijd om, als gast van deze bruiloft van het Edelhert, huiswaarts te keren.
En daarmee is ook het einde gekomen aan deze blog.
Ik heb geprobeerd op eenvoudige wijze de bezoeker van deze blog een indruk te geven van wat er zoal afspeelt op de bronstplaats.
Ik hoop dat heel veel natuurgenieters mogen meegenieten van deze natuurfotoblog over 'De bruiloft van het Edelhert.'
Putten, december 2013.
Copyright © by Evert Livestro.